De veertiende dag (20 oktober) Ulaan Baatar - Terelj Nationaal Park
En dan sta je 's ochtends in de lift naar beneden om te ontbijten en halverwege stappen de Zwitsers in. Heel kort met ze gesproken. Zij zijn een nacht in Terelj Nationaal Park geweest. Reactie: Het was koud. Maar zij gingen geloof ik nog door naar exotische oorden, dus .. het is ze vergeven.
Ons eerste doel na het ontbijt (en uitchecken hotel) is het Natuur Historisch Museum. Dat gaat om 10 uur open en om 10 over 10 zijn we bijna de eersten. We krijgen een engelstalige rondleiding van een aan het museum verbonden dame. Heel veel interessante dingen gezien en gehoord. We zitten niet zo ver van de Gobi-woestijn en met name daar zijn veel restanten van prehistorische dieren gevonden. De zaal met de dinosaurussen en aanverwante zaken vind ik heel boeiend. Als je je een beetje verdiept in de verhoudingen is het bijna ondenkbaar dat ze ooit hebben rondgelopen.
Uit de verhalen van de gids blijkt dat ze veel aan uitwisseling met andere landen doen. Er lopen diverse projecten.
Ze laat ons ook activiteiten m.b.t. Przedwalski-paarden zien. Deze paarden zijn ons welbekend van 'Blijdorp'.
Het bezoek loopt een beetje uit en we duiken ook nog even de souvenirwinkel van het museum in.
Dan vinden we het ook nog raadzaam om even wat geld te wisselen en we proberen dan meteen de russische roebels die we nog hebben om te wisselen. Vlado duikt een bank in en komt na een eslaagde opdracht weer binnenboord. En dan Ulaan Baatar uit! Het is leuk geweest maar wat een drukke, lawaaierige en vervuilde stad. Zondagochtend zijn we hier weer terug om de trein te nemen naar Peking.
Nu op weg naar het Terelj Nationaal Park. Het is in principe niet ver (ik dacht zo'n 80 kilometer) maar op deze wegen duurt alles heel erg lang. We komen langs een hokje waar je moet betalen voor de weg, maar als je denkt dat het toen beter werd. Nope. Dezelfde hotsen en kuilen. Vroeg in de middag komen we in de buurt van de ingang van het park, waar even halt houden bij een souvenir shop waar kamelen en adelaars. Natuurlijk willen we zo'n adelaar (een Steppenadelaar van 4 maanden oud en een Goudenadelaar van 1 jaar) op ons arm en natuurlijk moeten daar foto's en films van gemaakt worden.
We gaan ook nog even de twee ger-winkeltjes in en zowaar, ik scoor daar eindelijk een hoed die me past. Mongolen hebben grote hoofden. Kleine mensen met grote hoofden. Love them for it.
In het tweede winkeltje kopen we nog wat souvenirs en dan gaan we op weg naar het Tiara-gertentenkamp. We moeten haasten, want we zijn al te laat voor de lunch (het is dan half drie).
We worden bij de gers hartelijk ontvangen. Het is een Nederlandse enclave in het park, alleen zijn wij nu de enclave. Geen andere gasten/toeristen. Eigenlijk wel heel relaxt. Het is ook buiten het seizoen natuurlijk. De kou waar de Zwitsers het over hadden valt ons niet op.
Ze laten ons onze ger zien. We hebben de honeyoon suite gekregen !!?? Omdat we een twee persoons-ger hadden gereserveerd en er toch verder niemand is. Er staat inderdaad een tweepersoonsbed in en een bankje. Verder is de binnenkant aangekleed met de meubeltjes die we in de tentenwerkplaats hadden gezien. Oranje met de versieringen. We worden meteen voor de lunch gevraagd en maken daar graag gebruik van. Noodles! (eerste keer, steeds weten te omzeilen).
De rest van de dag brengen we door met de omgeving een beetje verkennen, uitpakken, kennis maken met drie honden die bij 'ons' horen en overvriendelijk en -enthousiast zijn.
Om de drie uur komt iemand bij ons het vuur in de ger verzorgen. De eerste keer doet ze het om een uur of half vier. Als het vuur aan is, is het ontzettend warm. Dan zwakt het langzaam af. Om een
uur of zeven komt ze voor de tweede keer.
De omgeving is zo ontzettend weids. Het enige wat we zien zijn kleine concentraties gertenten.
Morgen op pad. Eerst even zien hoe we de nacht doorkomen.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}